ZaanBusiness Logo Wit

Zaanstad beweegt Dick in gesprek met Ruben

Het bruist in Zaanstad. Er ontstaan nieuwe wijken, bedrijven en initiatieven. Allemaal met nieuwe kansen en uitdagingen. Kortom, Zaanstad beweegt. En dat is goed! Als mobiliteitspartner zijn wij vóór beweging. Want waar bewogen wordt, daar is vooruitgang, daar liggen kansen, daar is toekomstperspectief. Als trotse Zaanse ondernemer met mobiliteit als core business, ontfermt ProMobility zich met liefde en oprechte betrokkenheid over de mobiliteit en bereikbaarheid van Zaanstad, nu en in de toekomst. Hoe? Door de krachten te bundelen van ondernemers, bewoners en (overheids) instellingen uit Zaanstad, samen het gesprek aan te gaan en vooruit te kijken. Want samen houden we Zaanstad in beweging. De vraag is: hoe doen we dat op een veilige, verantwoorde en toekomstbestendige manier? 

Wat is de visie van andere betrokkenen op mobiliteit in Zaanstad? Dick gaat in gesprek met Ruben Uitendaal, voorzitter van Green Business Club Zaanstad (GBC). Hij legt hem vijf stellingen voor, samen praten ze over mobiliteit.

1. De elektrische fiets is in 2040 het belangrijkste vervoersmiddel in Zaanstad.

Ruben: ‘Mooie stelling. Laat ik eerst beginnen over de potentie van de fiets, want die is hoog in onze regio. Met Green Business Club Zaanstad (GBCZ) hebben we tot nu toe een tiental Zaanse bedrijven gescand met de mobiliteitsscan. Daarin onderzoeken we onder andere: waar wonen je medewerkers nou eigenlijk? En wat blijkt, zo’n 40% van de Zaanse werknemers die met de auto naar het werk reist, woont eigenlijk op fietsafstand van zijn werk. Dus ja, de fiets heeft in Zaanstad absoluut potentie. En ik denk dat een belangrijke rol is weggelegd voor werkgevers om het gebruik van de, al dan niet elektrische, fiets te stimuleren. In combinatie met beleid vanuit de gemeente om fietsers beter door te laten stromen, zowel Zaanstad in als door Zaanstad heen. Dan denk ik zeker dat de elektrische fiets in 2040 het belangrijkste vervoersmiddel kan zijn. Voor woon-werkverkeer, maar ook werk-werkverkeer.’

Dick: ‘Wat is hier de rol van Green Business Club Zaanstad in?’

Ruben: ‘GBCZ is een netwerkclub; een verbinder. Als verbinder willen we het mogelijk maken om met z’n allen volmondig ja te kunnen zeggen op deze stelling. Daarvoor hebben we niet alleen bedrijven nodig, maar ook de gemeente en andere instellingen in de regio.’

Dick: ‘Verbinden klinkt mooi, maar wat doen jullie concreet om dit doel te bereiken?’

Ruben: ‘Goed dat je dat zegt, want visies en beleid zijn natuurlijk heel fijn, maar het gaat om het doen. GBCZ is van de kop-staartprojecten. Niet praten maar doen! Laatst hebben we een webinar met het thema mobiliteit georganiseerd. Daarna hebben Zaanse werkgevers (>50 werknemers) zich aangemeld en zijn we hun mobiliteitsbeleid tegen het licht aan het houden. We voeren dan (kosteloos) een mobiliteitsscan uit, om het woonwerkverkeer en de toegankelijkheid van bedrijven inzichtelijk te maken. Allemaal concrete acties om bedrijven te helpen bij hun mobiliteitsbeleid.’

2. In de toekomst hebben we geen eigen auto meer, maar delen we deze met andere mensen in de buurt.

Ruben: ‘Dat zou goed kunnen. Vanuit GBC zou ik willen zeggen: we moeten oppassen dat we niet te laat zijn met testen en pilots van deelauto’s. Als je ziet hoeveel bedrijventerreinen wij hebben in de Zaanstad, dicht tegen Amsterdam aan. En die groeien alsmaar. Dan moet je dit soort dingen als deelauto’s gaan testen. Ik zie andere regio’s daar al mee starten. En binnen Zaanstad nog niet. We moeten uitkijken dat we hierin niet te veel achteraan gaan lopen.’

Dick: ‘Denk je dat Zaankanters bereid zijn om een auto te delen? Als individu wil je toch graag zelf beslissen en een auto die altijd ter beschikking is.’

Ruben: ‘Dat is absoluut waar. Maar daar zijn ook weer oplossingen voor. Er zijn elders in het land al pilots gedraaid, met interessante resultaten. We hebben ook contact met mobiliteitsadviseurs van Breikers en Arcadis, die daar meer verstand van hebben. We moeten ervoor zorgen dat de wens van de berijder goed ingevuld wordt.’

Dick: ‘Ik zie ook de noodzaak dat we moeten gaan delen. En ik wil daar graag een sluitend businessmodel voor maken, waarin ook de verantwoordelijkheid van het beheer is vastgelegd. Want daar ligt ook nog een uitdaging denk ik. Die auto moet gebouwd worden en wie koopt ‘m dan? Iemand moet die deelauto toch financieren…’

Ruben: ‘Vanuit mijn positie bij de bank zie ik dat we steeds meer van eigendom naar gebruik toe gaan. In auto’s, in fietsen, etc. Het gaat om het gebruik op het moment dat jij dat wilt. Die oplossingen zijn er gewoon en die businesscase kunnen we samen bouwen, Dick.’

3. In 2040 zijn er in Zaanstad geen verkeersdoden meer.

Ruben: ‘Ik ben een verbinder en een netwerker en geen verkeersdeskundige. Dus ik vind het heel moeilijk om hierop te reageren. Het is een stelling die echt binnenkomt. Als je alles wat je doet in mobiliteit vertaalt naar mensenlevens, dan is niets kostbaar genoeg.’

Dick: ‘Eens. Deze stelling raakt mij ook. Laat ik het dan zo vragen: hoe kunnen we met het bedrijfsleven bijdragen aan verkeersveiligheid?’

Ruben: ‘Als we niets doen en de woningbouw gaat gewoon door en iedereen blijft reizen zoals we nu doen, dan weten we zeker dat er meer doden komen. Niets doen is geen optie. Daarvoor zitten we te dicht tegen de stad aan. Straks hebben we er 20.000 inwoners bij, en zie ik bedrijven uit Amsterdam die naar onze regio verhuizen. Het wordt alsmaar drukker.’

Dick: ‘In hoeverre ligt er een rol voor GBCZ in de communicatie over veilig verkeer, in samenwerking met bedrijven? Bijvoorbeeld: beste ondernemer, informeer/ betrek je medewerker om bij te dragen aan veiliger verkeer?’

Ruben: ‘Die rol hebben we zeker. Werkgevers zijn zich vaak niet bewust van de mogelijkheden om personeel te informeren. Welke regelingen zijn er? Hoe beïnvloed je gedrag? Welke subsidies zijn beschikbaar etc. Andersom zijn werknemers zich vaak niet bewust van de impact die ze hebben, als we het hebben over verkeersveiligheid. Dat start bij inspiratie, communicatie en bewustwording. Daarin zijn wij met GBCZ juist stappen aan het zetten, om alle partijen die daarbij van belang zijn, met elkaar te verbinden. Dat is ook onze rol.’

Dick: ‘Dat vind ik een hele mooie, want ik denk dat we alleen samen die collectieve verantwoordelijkheid kunnen creëren…’

Ruben: ‘Absoluut. En daarvoor moet ik Zaanstad echt complimenten geven. Als we het over mobiliteit hebben, dan hebben we alles binnen handbereik. Dat is gewoon zoals het moet.’

4. Hoeveel is een zakelijke berijder bereid extra per jaar te betalen om ‘groen’ te rijden?

Dick: ‘De fiscale bijtelling trekt weer naar elkaar toe. Nou is een werkgever vaak wel bereid iets meer te betalen, omwille het ‘duurzame beleid van het bedrijf. Maar in hoeverre denk jij dat de berijder ook bereid is om meer te betalen?’

Ruben: ‘Persoonlijk ben ik wel bereid om iets meer te betalen. Ik ben recent overgestapt van hybride naar volledig elektrisch. De levering van mijn leaseauto werd een paar maanden uitgesteld tot 2021 door de coronaperikelen. Ik ga daardoor 50 á 60 euro per maand meer betalen. Dat vind ik geen probleem. En ik denk dat veel mensen wel bereid zijn om iets meer te betalen, maar niet meer dan 50 á 60 euro per maand. Als ik naar mijn team bij ING kijk, zie ik steeds meer medewerkers overstappen naar elektrisch. Enerzijds omdat ze dat zelf willen, maar ook omdat we als werkgever een maximale CO2-uitstoot voor leaseauto’s bepaald hebben. Zo zie ik steeds meer werkgevers hun mensen stimuleren met een groen mobiliteitsbeleid.’

Dick: ‘Maar dan is het toch nog steeds fiscaal gedreven?’

Ruben: ‘Ja, maar ik denk dat die fiscale beleidsregelingen berijders wel aan het denken zetten. Ik zie langzamerhand dat meer medewerkers liever ‘groen’ willen rijden. De vaag is: gebeurt dat al genoeg? En dan denk ik: nee.’

Dick: ‘Hoe denk je dat we berijders nóg meer/beter kunnen stimuleren om voor elektrisch rijden te kiezen, naast de fiscale voordelen?’

Ruben: ‘Ik denk dat de werkgever daar een grote rol in speelt, ook vanuit zijn voorbeeldrol. Zeker bij MKB-ondernemers. Er rijden in Zaanstad echt nog te veel ondernemers in dikke, CO2-verslindende bakken rond. Dat kan beter, vind ik, als we het hebben over bewustwording.’

Dick: ‘Helemaal mee eens. Dat is één van de redenen dat ik hybride ben gaan rijden.’

Ruben: ‘Ik denk dat we dit als GBCZ en ProMobility samen op onze agenda moeten zetten, dus samen kijken hoe we ondernemers hier het beste op kunnen aanspreken.’

Dick: ‘Doen we!’

5. Overheden moeten meer investeren in snelfietsroutes dan in auto(snel)wegen.

Ruben: ‘Doorstroom in de regio vind ik sowieso heel belangrijk. Daar valt veel te winnen. Zowel voor auto’s als fietsers.’

Dick: ‘Maar als je écht moet kiezen, wat zou je dan eerder aanpakken: snelfietsroutes of autosnelweg?’

Ruben: ‘Dan kies ik voor snelfietsroutes, gezien de grote winst die we daar kunnen behalen, met die 40% die op fietsafstand van z’n werk woont. In combinatie met een goed deelauto-systeem.’

 

ProMobility Zaanstreek

Soldaatweg 11 1521 RK Wormerveer

075 642 0100

dick@promobility.nl

www.promobility.nl

Logo ProMobility

ProMobility Zaanstreek
Soldaatweg 11
1521 RK Wormerveer

075 642 0100
info@promobility.nl
www.promobility.nl